Je pasgeboren baby lijkt volledig afhankelijk van jou als ouder. Van je zorg en onvoorwaardelijke liefde is je kind inderdaad afhankelijk. Maar kinderen, ook baby’s, beschikken over veel meer vaardigheden dan wij denken. Kinderen vertellen ons in hun handelen en manier van reageren wat zij nodig hebben. Vaak kunnen wij daar niet op een open manier naar kijken, maar trekken onbewust conclusies vertaald vanuit onze bron van persoonlijke ervaringen. Die bron van ervaringen legt een waas over de boodschap die een kind geeft.
Dat klinkt misschien wat “vaag” of “zweverig” maar als je er even bij stil blijft staan, dan is het eigenlijk logisch dat wij onze kinderen zien door een gekleurde bril. Gevoelens zoals angst, eigen ervaringen uit het verleden of invloeden van buitenaf beïnvloeden de beslissingen die wij maken. Je komt als nieuwe ouder in allerlei situaties die je niet eerder meemaakte en waar het leven je niet op voorbereidde. Hoe moet je daarmee omgaan? Hoe weet je wat goed is? Tegenstrijdige adviezen van alle kanten bieden vooral onzekerheid en zo kom je al snel uit bij je gevoel. Je reageert dan vanuit een onbewuste intuïtie, die vaak niet aansluit op de werkelijke mogelijkheden en wensen van je kind. Ondanks veel liefde en de beste bedoelingen raken jullie niet écht op elkaar afgestemd. Met meer kennis over de ontwikkeling van je kind en over je eigen gevoelswereld, zal ook de verbinding groter worden tussen jou en je kind. Je gaat je kind beter begrijpen en ook jezelf. Als je in de spiegel durft te kijken en kunt erkennen wat van jou is, dan ben je daarna veel meer in staat om je kind werkelijk te zien zoals hij is. Een kind dat gezien wordt in zijn authentieke zijn, voelt zich vrij en gehoord en kan zich ontwikkelen volgens het pad dat bij hem past. Een voorbeeld hiervan is een moeder die zelf angstig was. Zij zag al snel gevaar in de dingen om haar heen. Toen haar kind werd geboren, werd die angst alleen maar groter. Haar liefde voor haar kind zorgde ervoor dat zij alle gevaren voor haar kind weg wilde halen. Deze angst was van moeder zelf en kwam voort uit ervaringen in haar verleden. Doordat zij deze angst nog niet goed had erkend was het onbewust een groot onderdeel van haar leven geworden. Nu keek ze door de bril van angst naar haar kind en stemde haar reacties daarop af. Toen haar kind zich ging ontwikkelen van zitten naar lopen zag zij allerlei gevaren. Daardoor ging zij haar kind veel begeleiden en “opvangen”. Ook wanneer haar kind ontdekte ergens op te klimmen waren de woorden “pas op” en “ik hou je wel vast” een gebruikelijk liefdevol gebaar. Haar kind voelde op dat soort momenten de angst van moeder en leerde dat dit soort situaties heel gevaarlijk waren en dat je er bang voor moest zijn. Voordat moeder het in de gaten had, durfde haar kindje ook zelf niet meer van een kleine glijbaan af. Toen ik met moeder in gesprek ging hebben wij samen gekeken naar haar angst en waar die vandaan kwam. Daarna spraken wij over de kracht die kinderen hebben, hoe zij hun eigen lijf ontdekken en feilloos ervaren wat zij er wel en niet mee kunnen doen. Hoe kinderen zelf hun grenzen kunnen voelen en weten wat wel en niet kan (natuurlijk in een veilige omgeving met materialen die passen bij hun leeftijd). Zo kon zij zien welke invloed haar angst had op haar kind en hoe die angst de vrije beweging van haar kind beperkte. Hierna ging moeder van onbewust reageren vanuit angst, naar bewust reageren zonder angst. Dit heeft haar kind bevrijd van angst en voor ze er erg in had, durfde haar kind weer meer zelf. Kinderen kunnen ons veel leren, omdat zij ons altijd teruggeven wat er op dat moment is. Voel jij je onrustig, dan zal je kind dat ook zijn. Voel jij je rustig en open, dan kan jouw kind dat ook voelen. En dit heeft op alle aspecten van ons leven invloed. Dat kan natuurlijk best spannend voelen, want met alle goede bedoelingen die wij hebben, zijn er voor ons allemaal bepaalde dingen aan onszelf die we liever niet willen overdragen aan onze kinderen. Het is een illusie te denken dat we als ouders alles perfect kunnen doen. Dat hoeft ook niet, want kinderen hebben hun eigen ontwikkeling door te maken. Imperfectie hoort bij het leven en daar kun je maar beter mee leren omgaan. Dat gebeurt onvermijdelijk met vallen en opstaan. Handel je als ouder vanuit bewustzijn, dan blijf je aansluiting vinden met je kind en kun je voor hem een steunpunt zijn. Zo was daar eens een moeder die mij vertelde dat haar zoontje niet zelf kon spelen. Hij wilde altijd bij haar zijn en dingen samen doen. Het lukte haar niet om hem zelf ergens mee te laten spelen. Na een diepgaand gesprek kwam zij tot het inzicht dat die afhankelijkheid al was begonnen meteen na de geboorte. Na een zware bevalling voelde zij heel erg de behoefte om haar kind dichtbij te houden. Ook kon ze bij zichzelf herkennen dat ze al snel van alles voor hem deed, deels uit ongeduldigheid. Hierdoor kreeg hij veelal niet de ruimte om zelf dingen te doen. Hij had dus eigenlijk van kleins af aan niet geleerd om zelf te spelen en zijn eigen mogelijkheden te ontdekken. Om hem weer op dat pad te krijgen, hebben wij een stappenplan opgesteld waarbij de moeder haar kind steeds een beetje meer van zijn speelkracht terug gaf. Uiteindelijk kunnen alle kinderen weer komen tot rijk spel, wanneer iedereen eromheen ziet en ervaart wat daarvoor nodig is.